dinsdag 16 november 2010

Thuis II.

Ik wacht en zie je open bloeien
In de stralen van de zon
In de regen zal je groeien
Ik wacht en zie je open bloeien
Ik zei toch dat ik wachten kon?
Ik zie je stralen in de zon











Ik ben hier nu anderhalve week. Anderhalve week geleden zag ik de lichten van Sevilla steeds dichterbij komen. Anderhalve week geleden zag ik voor het eerst Vejer bij nacht. Ik was een beetje overdonderd bij het idee dat ik hier zes weken mocht gaan wonen. Duren sprookjes normaal ook zo lang?

Al snel was dat idee eigenlijk helemaal niet meer gek. Het voelt niet bijzonder, maar verwar dat niet met ‘niet prachtig’. Het is vertrouwd hier. Al de eerste dag wist ik dat mijn keuze om naar Vejer te gaan de juiste was. Ik hoef geen bruisend Sevilla of meeslepend Madrid, niet nu. Ik hou ervan hoe klein het hier is, en hoe ieder hoekje van de stad toch nog levend is. De mensen hier kennen elkaar en het valt op als je nieuw bent, zeker nu in wintertijd.

Ik hou van de smalle straten, van de levendigheid hier. De oude mannen met wandelstokken en scheve petten die hun tandeloosheid vast aan het glimlachen te danken hebben. Marie en Katie die me iedere ochtend enthousiast begroeten. Ik word bijna altijd bij naam genoemd, de sfeer is intiem, het contact persoonlijk. Er wordt wat af gezoend (twee keer, niet drie keer – een fout die je na één keer niet meer maakt), ook door mensen die je voor het eerst ontmoet. De mensen begroeten elkaar hier, begroeten mij. Ik drink koffie, of wijn, met mijn docente en we lachen om het feit dat ze steeds vergeet hoe jong ik ben. Iedere ochtend bestellen we hetzelfde, in hetzelfde café, en hoewel de barman wat nors oogt, weet hij inmiddels wat ik wil. Vanochtend betrapte ik hem op een glimlach toen ik mijn standaard afscheid, “hasta luego”, inruilde voor “hasta mañana” – ik kom toch iedere dag weer.

Een andere bar, La Bodeguita, is inmiddels haast mijn stamkroeg. De koffie is goed, het internet gratis en de bediening aardig. De Barman, in hoofdletters, is mijn favoriet. Hij weet inmiddels mijn naam, praat langzaam en duidelijk tegen me en als hij werkt, wordt de fijnste muziek gedraaid.

En de uitzichten zijn prachtig. Misschien niet de mooiste die er zijn, maar voor mij wel. Ik kan de zee zien, en de bergen in de verte. Vanmiddag ben ik begonnen met een wandeling die niet voor niets de route ‘Buenavista’ wordt genoemd. Ik luisterde mijn mooimuziek (Joshua Radin, Katie Melua, Moriarty) en mijn blijmuziek (The Veronicas, Franz Ferdinand) en ergens onderweg hield ik op. Hield ik op met nadenken over dingen die niet mijn zaak zijn. Hield ik op met me druk maken over het verdriet en de pijn van de mensen om me heen. Even voelde ik me schuldig, maar ik realiseerde me: ik hou niet minder van hen als ik gelukkig ben.

Ik hou van hoe echt het leven hier is. Hoe echt ik me hier voel. Ken je dat gevoel dat je hart zich letterlijk lijkt te openen en er ineens ruimte is voor licht en lucht en alle mooie dingen die er zijn? Dat er een last van je af lijkt te vallen waarvan je niet eens wist dat je hem droeg? Dat alle pijn, al het verdriet, al het gemis dat er was er nog wel is, maar niet meer overheerst? 

Het is hier niet overweldigend en niet adembenemend – ik heb meer zuurstof en ben lichter dan ik in tijden ben geweest.







6 opmerkingen:

  1. Ik werd helemaal stil van je bericht en de foto's, leuk om te lezen dat het je goed doet!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Eva, je weet me altijd zo te raken met je stukjes.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Mooi dat je je er zo goed voelt. Geniet er van!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Heerlijk liefje. Ik gloei er helemaal van, zelfs op grote afstand. Ik ben zo blij voor je!

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Wat kan je dat toch mooi vertellen. Zucht... Ik voel helemaal mee. Knap hoor!
    xx

    BeantwoordenVerwijderen