dinsdag 19 juli 2011

VEJER: Vliegeren






Tel de tinten blauw. Onmogelijk.

Gistermiddag bracht ik wederom door aan zee. Er zijn genoeg stranden hier om uit te kiezen, het verveelt niet.  Dit strand, bij Zahora, is één van mijn favorieten. Het is er redelijk rustig en vooral gemoedelijk. Weinig regels. Wil je je hond mee? Ga je gang. Ga je graag naakt de zee in? Als jij zand wil op rare plekken, is dat vooral je eigen probleem.

Na het eten ging ik 'even' liggen op een verleidelijk bed. Dat gaat dus niet. Als je moe bent omdat je 's nachts niet heel goed slaapt, je maag goed gevuld is, prachtig uitzicht hebt en alleen het ruisen van de zee hoort, dan ga je niet even liggen. Dan val je in slaap.

Ik at mijn eerste ijsje hier, dronk te weinig water, liet mijn haar verwaaien en las mijn boek bijna uit. Ik keek een kwartier naar een vlieger, verzon verhalen in mijn hoofd en krabbelde wat in mijn Moleskine. Bedacht dat ik de inhoud van mijn hoofd wel aan die vlieger wilde binden. Ontstijg me maar. Laat het waaien, ik wacht wel. Hoe ziet de wereld eruit op jouw hoogte? Wat is nog zichtbaar? Wat zie jij dat ik niet zie? Hoe hoog kan je gaan als ik je loslaat; ken je grenzen?

Geen moment kwam in me op dat ik zo iets kwijt zou kunnen raken. Ik vertrouw mateloos, grenzeloos, vol overgave dat de dingen die ik los laat, hun eigen weg gaan. Dat dat altijd de goede weg is. Groter, mooier en sterker zullen ze zijn, zullen ze bij me terugkeren, losbreken of op afstand meer de mijne zijn dan ze in mijn handen konden.





3 opmerkingen: